New Activity
Play Quiz
1. 
Drie ladingen QA, QB en QC met |QA| = | QB | = |QC| bevinden zich op een rechte zoals voorgesteld in de figuur. De grootte van de resulterende elektrische kracht op de ladingen is respectievelijk FA, FB en FC.
A.
Fa> Fb > Fc
B.
Fa > Fc > Fb
C.
Fb >Fa > Fc
D.
Fa = Fb = Fc
2. 
De top van een neutrale elektroscoop wordt benaderd met een positief geladen staaf. Welke bewering is juist?
A.
De elektroscoop kan negatief geladen worden door een verbinding met de aarde te maken.
B.
De elektroscoop kan positief geladen worden door een verbinding met de aarde te maken.
C.
De staafjes onderaan de elektroscoop zijn negatief geladen
D.
De top van de elektroscoop is positief geladen
3. 
Naomi kamt haar droge haren met een plastic kam. De haren krijgen daardoor een lading van +4 mC. Welke uitspraak is juist?
A.
Er zijn elektronen overgegaan van de kam naar het haar van Naomi.
B.
Er zijn protonen overgegaan van de kam naar het haar van Naomi.
C.
Er zijn elektronen overgegaan van het haar van Naomi naar de kam
D.
Er zijn protonen overgegaan van het haar van Naomi naar de kam.
4. 
Bij de berekening van de eenheid van een grootheid bekomt Marijke: J-1.A.V² .s Na vereenvoudiging vindt ze volgend resultaat:
A.
V
B.
A
C.
C
D.
J
5. 
Naarmate een gloeilamp langer wordt gebruikt, wordt de gloeidraad dunner door verdamping. Welke uitspraak is juist?
A.
De weerstand en het vermogen worden kleiner
B.
De weerstand wordt kleiner en het vermogen wordt groter
C.
De weerstand wordt groter en het vermogen wordt kleiner.
D.
De weerstand en het vermogen worden groter.