1
Heldere, geleiachtige vloeistof die ervoor zorgt dat het oog bol blijft.
2
Als het donker is wordt de pupil groter om meer licht te kunnen opvangen, als het licht is wordt ze kleiner. Zo kan er minder licht binnenvallen. Dit heet de...
3
Deel van het netvlies waar de oogzenuw het oog verlaat. Op die plaats kan je niets zien.
4
Hiermee kan je kleuren waarnemen. Ze liggen vooral naar het midden van het netvlies toe.
5
Hiermee kan je licht en donker waarnemen. Liggen vooral aan de zijkanten van het netvlies.
6
Het scherm van ons oog waarop de beelden worden geprojecteerd.
7
Wie... is, ziet van veraf heel scherp, maar niet van dichtbij.
8
De oogzenuw geeft alle informatie door aan de...
9
Wanneer iemand bijziend is, komt het scherpe beeld.... het netvlies terecht.
10
Bepaalt de kleur van de ogen
