Print Quiz: arbeidsongevallen ()

1.

Een lesgever valt over een boekentas in de gang en dit voor de start van het eerste lesuur. Ze voelt wel een beetje pijn, maar het valt best wel mee. 's Avonds als ze rustig thuis een boek leest, is de pijn niet meer te harden. Kan zij dit voorval aangegeven als een atbeidsongeval?

A.

een lesgever moet "als een goed huisvader" oplettend zijn. Dit voorval was te voorzien, dus geen arbeidsongeval

B.

er is sprake van een arbeidsongeval want er is een letsel, een plotseling gebeurtenis (val), uitwendige oorzaak (boekentas). Het voorval gebeurde tijdens de uitvoering van de opdracht

2.

Stel dat je als lesgever op school je hand aan papier snijdt . De volgende dag heb je een zware ontsteking aan je hand. Is dit een arbeidsongeval?

A.

het is geen letsel, maar een ziekte = ontsteking

B.

want er is een letsel, een uitwendige oorzaak (papier), plotse gebeurtenis en het gebeurde in de uitoefening van de schoolse activiteiten

3.

Jan, lesgever derde graad, heeft een arbeidsongeval op school. Een oude kast begon te wankelen en is op Jan terecht gekomen. Hij heeft zijn bril gebroken (+ zonnebril in zijn binnenzak), zijn jeans is gescheurd en zijn enkel is verzwikt. Welke schade wordt vergoed?

A.

bril

B.

zonnebril

C.

jeans

D.

dokterskosten