Print Quiz: Meerkeuzequiz Geheugens ()

1.

Welke techniek word in onderstaande afbeelding toegepast?

A.

Mapping

B.

First in, first out

C.

Last in, first out

D.

Swapping

2.

Wat is dit?

A.

ATX moederbord

B.

Moederbord voor een laptop

C.

BTX moederbord

D.

NLX moederbord

3.

Welk onderdeel van het moederbord verzorgt de communicatie tussen onderstaande onderdelen?

A.

Northbridge

B.

FSB

C.

CU

D.

Cache (L1, L2,...)

4.

Welke oplossing is gerangschikt van het traagste naar het snelste?

A.

CD > USB > RAM > EEPROM

B.

DVD > RAM > SRAM > L2

C.

RAM > L1 > L2 > L3

D.

USB > SRAM > RAM > L1

5.

Wat is niet correct? Een chipset is bepalend voor?

A.

Het Ram geheugen

B.

De Intel of AMD processor

C.

De snelheid die de CPU en het geheugen levert

D.

Type grafische kaart

6.

Waarvoor staat het letterwoord EPROM?

A.

erasable programmable read only memory

B.

electrically programmable read only memory

C.

electrically prefetch read only memory

D.

dit heeft niks met geheugens te maken

7.

Wat is POST?

A.

een reeks testen die worden uitgevoerd bij het opstarten van de computer

B.

dit is een protocol die toont hoe geheugens communiceren

C.

dit is wanneer data wordt uitgewisseld tussen de HD en het interne geheugen

D.

geen van alle antwoorden is correct

8.

Waarvoor staat RAM?

A.

Random Access Memory

B.

read access memory

C.

read available memory

D.

random available memory

9.

Op welke snelheid werken de in 2012 courante DDR3 (SDRAM) geheugens?

A.

400 - 1600 Mhz

B.

1333 - 2600 Mhz

C.

2133 - 4200 Mhz

D.

Geen van bovenstaande, ze werken veel sneller.

10.

Welk geheugen is hier aanwezig?

A.

RDRAM

B.

DDR4

C.

GDDR

D.

MRAM