New Activity
Play Quiz
1. 
Jullie werkten in de klas rond het project 'Lol zonder alcohol'. Welk antwoord past het best bij jou?
A.
Ik heb goed opgelet tijdens de lessen en heb daardoor veel onthouden.
B.
Ik heb goed opgelet tijdens de lessen, maar heb niet zoveel onthouden.
C.
Ik heb niet zo goed opgelet tijdens de lessen, maar weet al veel over alcoholgebruik.
D.
Ik heb niet zo goed opgelet tijdens de lessen en weet niet veel over alcoholgebruik.
2. 
Alcoholische dranken kunnen we opdelen in 3 soorten namelijk ...
A.
cocktails
B.
wijn
C.
bier
D.
wodka
E.
sterke drank
F.
champagne
3. 
Nog een week en dan word je 16 jaar. Je gaat op café en wil een pintje bier kopen.
A.
Dat is mogelijk zonder je paspoort te tonen en te zeggen dat je volgende week 16 jaar wordt.
B.
Dat is mogelijk als je je paspoort toont en zegt dat je volgende week 16 jaar wordt.
C.
Dat is niet mogelijk.
4. 
Welke uitdrukking past bij de afbeelding?
A.
Zo zat als een olifant.
B.
Roze olifanten zien.
C.
Roze olifanten tellen.
5. 
Als je teveel drinkt in korte tijd kunnen de hersenen dat niet meer aan. Je lichaam werkt nog, maar de volgende dag zal je heel veel hoofdpijn hebben. Hoe noemt men dit in de volksmond?
A.
Je hebt een flater.
B.
Je hebt een leerprobleem.
C.
Je hebt een kater.
D.
Je hebt een alcoholverslaving.
6. 
Los de rebus op. (Vergeet je hoofdletter en leesteken niet!!!)
7. 
Welke alcoholische drank wordt het meest in recepten gebruikt?
A.
wit bier
B.
bruin bier
C.
zowel wit als bruin bier
D.
witte wijn
E.
rode wijn
F.
zowel witte als rode wijn
8. 
Geef een voorbeeld van alcohol dat je niet kan drinken.
A.
wasproduct
B.
ontsmettingsmiddel
C.
gezichtsreiniger
D.
handzeep
E.
cocktail
F.
motorolie
9. 
Meer jongens dan meisjes (16+) hebben nog nooit alcohol gedronken.
A.
Dat is juist.
B.
Dat is niet juist.
10. 
Los de rebus op. (Vergeet je hoofdletter en leesteken niet!!!)
11. 
Het alcoholgehalte wordt uitgedrukt in ...
A.
volume
B.
procent
C.
centiliter