Sus actividades

Werkwoorden lire en écrire inoefenen

Werkwoorden inoefenen + détour

Schrijf de woorden telkens in het meervoud

We oefenen de cijfers tot en met 31.

Zoek de juiste vertalingen.

Zoek het juiste antwoord op de vraag.

Être of avoir?

Woorden met ei/ij, au/ou, banaan

Lees goed de zin en klik op het juiste antwoord. Let goed op de tijd!

Klik op het juiste antwoord en laat de kikker het juiste pad volgen.

Het antwoord van opa op de vorige brief.

Je vindt hier een brief terug, maar we woorden staan nog niet op de juiste plaats. Kan jij ze op de juiste plaats typen?

Druk straks eerste op de START knop. Luister goed naar het woord en typ enkel de afkorting die hierbij hoort. Let op drukletters, schrijfletters en afkortingstekens. Succes!

Klasmateriaal inoefenen voor anderstalige leerlingen

De woordenschat inoefenen van contact 1

Oefen de woordenschat in door middel van de woorden correct in te vullen in het kruiswoordraadsel.

Match de woorden bij de juiste spellingsregel

Hier kan je alle woorden inoefenen voor het dictee. Succes!

Jij bent nu de rol van Louis. De juf is Valentine.

Via deze manier kan je de rol van Valentine inoefenen. Ik heb de rol van Louis ingesproken.

Contact 11 vocabulaire inoefenen

De quoi as-tu besoin?