1
ze zouden verslaan : ils ..
2
ze ontvingen : ils ..
3
ze zouden kunnen : ils ...
4
ze werden geboren : ils ...
5
hij bevocht : il ...
6
ik ontving : je ..
7
we zouden moeten : nous ...
8
ze worden geboren : ils ...
9
ze moesten : ils ...
10
het regende : il ...
11
ze zagen : ils ...
12
het zou moeten : il ...
13
ze zullen sterven : ils ...
14
ze sterven : ils ...
15
het was nodig : il ..
16
ik bevecht : je ...
17
ze zullen zien : ils ...
18
hij zal geboren worden : il ...
19
het zal nodig zijn : il ..
20
ik zal zien : je ...
21
ze zien : ils ...
22
ik ontvang : je ..
23
hij heeft verslaan : il a ...
24
het is (de moeite) waard : ça ... la peine
25
ik mag : je ...
26
zij is geboren : elle est ...
27
hij heeft ontvangen : il a ...
28
ik heb gezet : j\'ai ...
29
hij heeft gemoeten : il a ...
30
ik heb gehad : j\'ai ...