New Activity
Play Froggy Jumps
1. rust....
A
-lijk
B
-eg
C
-ig
2. de vogel (landen).... veel te snel
A
lant
B
landt
C
land
3. Een ander woord voor huwen is tr.........wen
A
trouwen
B
trauwen
C
trouwwen
4. een we.. twee we....en
A
wep weppen
B
webb webben
C
web webben
5. ik eet wij .....
A
wij eten
B
eeten
C
etten
6. schr.....ven
A
schrijven
B
schreiven
C
schrijfen
7. dat werk is veel te moei.........
A
moeileik
B
moeilijk
C
moelijk
8. ........ met hoofdletter of zonder?
A
Paasmandagjurk
B
paasmaandagjurk
C
Paasmaandaagjurk
9. ik weeg wij.........
A
weegen
B
weggen
C
wegen
10. stoel ..........
A
stoelje
B
stoeletje
C
stoeltje
11. een mat twee ma......en
A
maaten
B
maten
C
matten
12. poes -paard-pels-prent
A
pels paard prent poes
B
paard pels poes prent
C
prent pels poes paard
13. de hond is erg onrust.......
A
eg
B
ege
C
ig
14. font..........n
A
fontein
B
fontijn
C
fonten
15. de auto is kapot van al dat reiden
A
reiden
B
rijden
C
rijdden
16.
A
B
C