New Activity
Play Fill in the Blanks Game
Stilleven
De benaming stilleven komt van de Nederlander Houbraken die rond 1700 voor het eerst deze term ____________________ . Als beeldgenre omvat het stilleven de ____________________ van een roerloos arrangement van dingen , planten , vruchten , dood wild en dergelijke die door de kunstenaar geordend worden volgens esthetische criteria .

Overgewaaid uit Vlaanderen en Italië begonnen aan het begin van de 17e eeuw Nederlandse kunstschilders stillevens te schilderen . Ooit bedoeld als vingeroefeningen voor kunstenaars in ____________________ , groeide het genre uit tot een manier voor schilders om hun ____________________ te tonen . De Nederlandse stillevens waren zo geliefd in Noord - Europa , dat de productie enorm werd om de export te kunnen blijven ____________________ .

In de late 16de eeuw hebben twee ontwikkelingen bijgedragen tot het ontstaan van het stilleven als ____________________ genre . Enerzijds zijn dat de als stilleven gegroepeerde ____________________ in genre - en historiestukken . Anderzijds was dat de toenemende ____________________ voor de natuur en kostbare voorwerpen . Daardoor ontstond een vraag naar dit soort realistische ____________________ .

Nog niet zolang geleden ____________________ het stilleven als een zuiver decoratief genre . De laatste jaren is ____________________ duidelijk geworden dat veel 17de - eeuwse stillevens vaak een symbolische of ____________________ betekenis hebben . Zo wijzen pronk - en vanitasstillevens de toeschouwer op de ____________________ van het leven en manen tot ____________________ . In de loop der tijden is deze betekenis verloren gegaan en krijgen de stillevens een decoratieve of een contemplatieve functie .

Tegenwoordig worden schilderijen ____________________ in genre's , zoals 'landschap' , 'stilleven' en 'genrestuk' . De 17de - eeuwer gebruikte liever beschrijvende termen , zoals bijvoorbeeld 'conversatie' of 'bordeeltgen' voor bepaalde scènes uit het ____________________ leven . Ook stillevens werden vaak nog nader ____________________ . Zo werd een stilleven met brood , kaas en fruit ( en soms ook vis ) een 'ontbijtgen' genoemd , een ontbijtje .

In Leiden ontstonden de eerste 'memento mori' ; stillevens die ____________________ van de vergankelijkheid voorstelden , geaccentueerd door de vaak gebruikte beeldobjecten ____________________ en kaarsen ( allegorische stillevens van het memento mori ) .

Bloemstillevens , die kort na 1600 in zwang ____________________ , waren vooral een specialisme van Vlaamse en Hollandse ____________________ . De eerste geschilderde boeketten , zoals die van Bosschaert , zijn nog frontaal geschikt , symmetrisch en egaal belicht ; iedere bloem is zo goed te zien .

Na ____________________ van tijd veranderde dat . Allereerst kwam er meer schaduw - en dieptewerking , bijvoorbeeld bij Balthasar van der Ast . Omstreeks 1650 introduceerde Willem van Aelst asymmetrische boeketten , terwijl Jan Davidsz de Heem toen weelderige boeketten ging schilderen , die zwaar over de rand van de vaas heen hangen . Zo verschoof de ____________________ in de ____________________ van de eeuw van de individuele bloemen , naar het boeket als geheel , en werden de boeketten steeds natuurlijker .

Bloemstillevens waren vaak erg duur . Bloemen waren indertijd nog zeldzaam en de schilder die ze met ____________________ vernuft heel precies kon weergegeven in verf , was verzekerd van de hoogste ____________________ van verzamelaars in heel Europa .
Het ontstaan van genrekunst

De schilderkunst in de Nederlanden is lang vooral een zuidelijke , ? Vlaamse ? ____________________ geweest . In het noorden stond de verstedelijking op een laag pitje en dus was er voor schilders ook niet ____________________ veel te beleven . Dat veranderde in de zestiende eeuw , toen de Italiaanse renaissance ook Hollandse schilders wist te ____________________ . Die inspiratie zorgde voor een nieuwe ____________________ . Maar de traditionele ____________________ voor kunst , de katholieke kerk , kwam na de Reformatie ____________________ te staan .

De grootste veranderingen vallen samen in de periode rond 1600 . De kunstenaars die er al waren , raakten ervan ____________________ dat schilderen de hoogst mogelijke kunstvorm was , dat is één . Twee : Antwerpen viel , de Tachtigjarige Oorlog ____________________ weliswaar het Noorden maar zorgde voor een ____________________ tussen Noord en Zuid . Veel Vlaamse en Brabantse intellectuelen , waaronder kunstenaars en geldschieters , ____________________ naar het noorden . En drie , meer geleidelijk : nu niet de kerk , maar rijke burgers de belangrijkste ____________________ waren , ontstond er een dynamische vrije markt die ____________________ was voor trends .

Verschillende namen zijn voor deze beginperiode belangrijk . Hendrick Goltzius was één van de eersten die de schilderkunst inzette voor ____________________ tafereeltjes met een moralistische inslag . Daarmee zette hij een oudere traditie van gravures ____________________ , maar nu dus in de schilderkunst . Schilders als Willem Buytewech ____________________ nieuwe onderwerpen , zoals kroegtaferelen , en ontdekten dat daar markt voor was .

Met name Gerard Dou , ____________________ van de Leidse school , legde de ____________________ op de technische volmaaktheid , het fijnschilderen : juist voor een schilderij waar veel tijd in was gestoken , met dure kleuren en veel details , wilden ____________________ veel geld neertellen . Zo veranderen hij en andere fijnschilders de ____________________ van het publiek . De Nederlandse schilderkunst steeg tot grote ____________________ . Maar voor portretten duurde de manier van werken van de fijnschilders eigenlijk te lang . Juist in de genrekunst kwam hun technisch kunnen tot zijn ____________________ .