De
____________________
bevinden
zich
in
de
borstkas
(
____________________
)
,
achter
de
ribben
(
____________________
)
.
Eronder
zit
het
middenrif
(
____________________
)
,
een
boogvormige
spier
.
Bij
inademing
(
____________________
)
via
de
neus
of
mond
(
____________________
)
gaan
de
costae
omhoog
en
drukt
het
diafragma
omlaag
.
Hierdoor
ontstaat
ruimte
.
Het
diafragma
ontvangt
voor
deze
bewegingen
instructies
van
het
____________________
.
Door
de
ontstane
ruimte
ontwikkelt
er
zich
ook
een
onderdruk
.
Er
is
ruimte
in
de
borstkas
,
maar
geen
lucht
.
Lucht
wil
zich
steeds
gelijk
verdelen
,
waardoor
er
meteen
lucht
naar
binnen
gezogen
wordt
,
om
de
?
lege
ruimte
?
in
te
vullen
.
____________________
is
met
andere
woorden
een
____________________
proces
.
Let
op
:
het
zijn
niet
de
longen
zelf
die
de
inspanningen
uitvoeren
.
Het
zijn
de
spieren
(
musculi
)
tussen
de
ribben
en
het
diafragma
die
het
werk
doen
.
De
longen
zelf
zijn
niet
meer
dan
ballonnen
/
zakken
.
Uitademing
(
____________________
)
daarentegen
is
een
passief
gebeuren
.
We
laten
gewoon
de
____________________
los
,
diafragma
en
____________________
gaan
terug
naar
de
normale
stand
,
onze
blaasbalgen
legen
zich
.
Als
we
lachen
of
huilen
,
is
de
ademhaling
langer
en
de
uitademing
korter
.