1
Hij vindt het leuk om op onderzoek uit te gaan.
2
ze geeft nooit op.
3
Als hij boos wordt, begint hij te slaan en te schoppen.
4
Hij maakt hele mooie kunstwerken.
5
hij houdt ervan de baas te spelen.
6
Als ze iemand nieuw ontmoet, durft ze niet veel zeggen.
7
Hij vertelt geen leugens.
8
Ze is heel blij met wat ze kan.