Hoofdrekenen: breuken

Juf Kim maakt een dagschema. Ze spendeert 2/30 van de dag aan Bewerkingen, 1/3 aan Nederlands, 1/5 aan Meetkunde en 4/15 aan Frans. Welk deel van de dag hebben ze nog over om aan Meten en metend rekenen te werken?

Rekenmeester Jeroen maakt graag wiskundeoefeningen, maar Frans, dat is zijn ding niet. Als hij al 12/36 gedaan heeft, hoeveel moet hij dan nog doen?

Sacha gaat graag joggen, en ze heeft een vast parcours dat ze loopt. Van haar huis tot aan het bankje is 1/4 van het parcours. Van het bankje tot aan de bakkerij is dan nog 1/12. Van de bakkerij tot aan het zwembad is 1/3 deel van het parcours. Welk deel zal Sacha nog moeten lopen om terug thuis te geraken?

Ella belt veel, maar deze zomervakantie heeft ze van haar ouders maar een beperkt budget gekregen. De eerste week is ze thuis en wil ze veel afspreken, dus gebruikt ze al 1/2 van haar budget. De week erna is ze op scoutskamp en belt ze alleen maar eens naar haar ouders, dus gebruikt ze maar 1/9. Dan is Ella weer thuis, en gebruikt ze 4/18 van haar budget. Hoeveel zal Ella nog kunnen gebruiken, de laatste weken van de vakantie?

Leyla is blij, haar mama heeft veel druiven gekocht! Ze is een beetje verdrietig als ze merkt dat 13/47 van de druiven verrot is. Hoeveel druiven zal ze toch nog kunnen opeten?