New Activity
Play Quiz
1. 
Geef voor de afbeelding aan of er wel of geen chemische reactie zal plaatsvinden en waarom.
A.
Geen reactie: geen botsingen
B.
Geen reactie: botsingen hebben niet voldoende energie
C.
Geen reactie: botsingen zijn slecht georiënteerd
D.
Wel reactie: aan alle 3 de voorwaarden is voldaan
2. 
Geef voor de afbeelding aan of er wel of geen chemische reactie zal plaatsvinden en waarom.
A.
Geen reactie: geen botsingen
B.
Geen reactie: botsingen hebben niet voldoende energie
C.
Geen reactie: botsingen zijn slecht georiënteerd
D.
Wel reactie: aan alle 3 de voorwaarden is voldaan
3. 
Geef voor de afbeelding aan of er wel of geen chemische reactie zal plaatsvinden en waarom.
A.
Geen reactie: geen botsingen
B.
Geen reactie: botsingen hebben niet voldoende energie
C.
Geen reactie: botsingen zijn slecht georiënteerd
D.
Wel reactie: aan alle 3 de voorwaarden is voldaan
4. 
In de lucht vinden voortdurend botsingen tussen O2 en N2 plaats. Waarom treedt er geen chemische reactie tussen deze 2 stoffen op?
A.
Omdat alle botsingen slecht georiënteerd zijn.
B.
Omdat de botsingsenergie te laag is.
C.
Omdat er geen botsingen zijn.
D.
Omdat zuurstofgas en stikstofgas niet kunnen reageren.
5. 
Vul het juiste woord aan: de reactiesnelheid is de hoeveelheid ... die per seconde wordt omgezet.