Print Quiz: H12 paragraaf 4 ()

1.

Voor een verbranding zijn drie zaken nodig: brandstof, zuurstof en ?

2.

Hoe noemen wij het verdwijnen en stoffen en het ontstaan van nieuwe stoffen?

3.

Waar of niet waar? De massa van de atomen voor de reactie is gelijk aan de massa van de atomen na de reactie?

A.

Waar

B.

Niet waar

4.

Waar of niet waar? De index van een molecuul mag je zomaar veranderen.

A.

Waar

B.

Niet waar

5.

Hoe noemen we het grote getal wat je voor de moleculen mag zetten?

A.

Index

B.

Getal

C.

Coëfficiënt

D.

Molecuulgetal

6.

Wat is de molecuulformule van zuurstof?

7.

Wat is de molecuulformule van water?

8.

Stel ik heb 3 waterstofatomen voor de pijl. Hoeveel heb ik er dan na de pijl?

A.

Dat kan je niet weten

B.

2

C.

3

D.

4

9.

Waar of niet waar? De ontbrandingstemperatuur is voor elke stof hetzelfde.

A.

Waar

B.

Niet waar