New Activity
Play Quiz
1. 
Waar uit bestaat huidbedekking van zoogdieren op het land?
A.
schubben en slijm
B.
naakte huid met slijm
C.
schubben en schilden
D.
haren
E.
veren
2. 
Hiermee is de huid van de vissen en de amfibieën bedekt.
3. 
Geef een andere woord voor ruggengraat.
4. 
Groot lichaamsdeel dat veel zintuigen bevat.
A.
Ledematen
B.
Romp
C.
Kop
D.
Staart
5. 
Met deze aanhangsels van de romp kunnen vogels vliegen (vleugels).
6. 
Waar of niet waar ? Omdat vogels bedekt zijn met schubben kunnen ze vliegen.
7. 
De organismen uit deze klassen van gewervelde dieren hebben vleugels en de huid is bedekt met veren.
A.
Zoogdieren
B.
Vissen
C.
Amfibieën
D.
Reptielen
E.
Vogels
8. 
Groot lichaamsdeel waarin zich de borst- en de buikholte bevinden.
9. 
Dit aanhangsel van de romp bezitten sommige gewervelde dieren niet.
A.
Ledematen
B.
Romp
C.
Kop
D.
Staart
10. 
De organismen uit deze klasse van gewervelde dieren hebben een huid die bedekt is met droge schubben of schilden.
A.
Zoogdieren
B.
Vissen
C.
Amfibieën
D.
Reptielen
E.
vogels
11. 
Juist of niet juist ? Met tastharen kunnen gewervelde dieren voorwerpen in de omgeving voelen of zich oriënteren in donkere gangen.
12. 
Deze organismen eten prooidieren.
13. 
De organismen uit deze klasse van gewervelde dieren kunnen een vacht hebben als huidbedekking.
14. 
Huidbedekking van reptielen.
A.
schubben
B.
slijm
C.
naakte huid
D.
schild
E.
veren
F.
haren
15. 
Waar of niet waar ? De huidbedekking van vissen en reptielen hebben niks gemeenschappelijk.
16. 
Met dit zintuig kunnen gewervelde dieren geuren uit de omgeving opvangen.
17. 
Juist of fout ? Aanhangsels van de romp die vinvormig kunnen zijn bij vissen. Noemen we vinnen.
18. 
Met dit zintuig kunnen gewervelde dieren voorwerpen in de omgeving voelen of zich oriënteren in donkere gangen.
A.
Gehoorzintuig
B.
Gzichtszintuig
C.
Reukzintuig
D.
Tastzintuig
19. 
Deze organismen vormen voedsel voor roofdieren.
20. 
Waaruit is een ruggengraat van een gewervelde dier opgebouwd?
21. 
Met dit zintuig kunnen gewervelde dieren geluiden opvangen uit de omgeving.
A.
Gehoorzintuig
B.
Gezichtszintuig
C.
Reukzintuig
D.
Tastzintuig
22. 
De organismen uit deze klasse van gewervelde dieren hebben vinnen en de huid bevat schubben die bedekt zijn met slijm.
23. 
Met dit zintuig kunnen gewervelde dieren hun vijanden en voedsel zien.
A.
Gehoorzintuig
B.
Gezichtszintuig
C.
Reukzintuig
D.
Tastzintuig
24. 
Welk van onderste dieren hoort niet thuis in dit lijst?
A.
Kat
B.
salamander
C.
Roodborstje
D.
Kruisspin
E.
Brulkikker