1
Broederlijk Delen zamelt geld in om zo de mensen in ... te helpen.
2
Iets wat niet op geraakt. Het is ...
3
Tijdens de Eerste Wereldoorlog vielen er veel ...
4
In de woestijn is het heel droog, er is een ...
5
Dat papiertje is helemaal verfrommeld, het is ...
6
Jij hebt goede manieren, je gedraagt je ...
7
De wind gaat ..., hij wordt steeds sterker.
8
Je mag hem niet negeren, je mag hem niet ...
9
8 - 1 was echt wel wat ... . Zo slecht hebben we nu ook weer niet gespeeld.
10
oorspronkelijk, niet nagemaakt
11
gewoon, banaal
12
Die beek is heel vuil, die moet dringend worden ...
13
Deze auto is heel zuinig, hij ... bijna niets.
14
De gewonde soldaat kon enkel nog ..., niet meer praten.
15
Het is niet meer ver, morgen zullen we Spanje ...
16
Je ziet dat niet veel. Het is ...
17
Die jongen is echt verstrooid. Hij kijkt ... voor zich uit.
18
Voor het gevolg komt de ...
19
Waar zou die terechtkomen? Ik ... in het buitenland.
20
De juf leert ons de juiste ... om die som op te lossen.
21
Waar ben ik nu? Waar ben ik ...?
22
Als een slang 'sss' doet, is hij aan het ...
23
Ik kon niet inslapen. Ik lag te ... in mijn bed.
24
De ooievaar kan ... op zijn vleugels.
25
Dat sieraad is van grote ...
26
De brug ... op lange, dikke pijlers.
27
Ik ... je, stop daarmee.
28
De fabriek wou haar afvalwater ... in de beek.
