New Activity
Play Quiz
1. 
Wie wordt er aangesproken?
A.
Jonge kinderen
B.
Alle gelovigen (christenen)
C.
Jongens en mannen
2. 
Wat hebben de gelovigen moeten beloven aan God?
A.
Om alle Joden te vermoorden
B.
Om de vrede te bewaren en de rechten van de kerk te verdedigen
C.
Om elke dag te bidden
3. 
Wie heeft de christenen om hulp gevraagd?
A.
De moslims
B.
De Joden
C.
De christenen in het Midden-Oosten