onderwerp
lijdend voorwerp
persoonsvorm
predicaat
meewerkend voorwerp
De handeling of de gebeurtenis die centraal staat in de zin, wordt verduidelijkt door het werkwoord of werkwoordgroep.
Vind je heel eenvoudig door wie of wat te vragen aan alle zinsdelen die je op dit moment al kent.
Diegene die of datgene wat meewerkt in de zin, je kunt er aan of voor voorzetten.
De zinsdelen die iets over het onderwerp zeggen.
In een zin staat een handeling of een gebeurtenis meestal in verband met een persoon (wie?) of een zaak (wat?) die de handeling doet of de toestand meemaakt.
