Algemeen enkelvoudig stemrecht: alle Belgische mannen boven 21 jaar krijgen 1 stem (één man = één stem, naar vermogen en rijkdom wordt er niet meer gekeken)
Algemeen Meervoudig stemrecht: voor Belgische mannen ouder dan 25 jaar. Mannen die een bepaald bedrag aan belastingen betalen en die over bepaalde bekwaamheidsattesten (opleidingen) beschikken krijgen 1 of 2 stemmen meer.
Cijnskiesrecht: mannen die vermogend zijn en belastingen betalen mogen gaan stemmen. Enkel de allerrijksten hadden stemrecht. Dat was minder dan 2 %.
Vrouwen mogen in de gemeente gaan stemmen
Leeftijd verlaagd naar 18 jaar om te gaan stemmen
Algemeen enkelvoudig stemrecht: Belgische mannen en Belgische vrouwen boven 21 jaar krijgen 1 stem
1920
1893
1830
1918
1981
1948