1
Wanneer communicatie fout loopt
2
De overdracht van informatie
3
Het duidelijk uitspreken van woorden
4
Communicatie via signalen, gebaren, e.d.
5
Persoon voor wie de boodschap bedoeld is
6
Het met genoegen praten over anderen, in ongunstige zin
7
Communicatie via taal
8
Persoon die de boodschap stuurt