New Activity
Play Quiz
1. 
Welke schaats is het oudst?
A.
Keuze 1
B.
Keuze 2
C.
Keuze 3
2. 
Met welk zwempak zal je het snelst kunnen zwemmen?
A.
wollen zwempak
B.
lang zwempak
C.
kort zwempak
3. 
Hoe zwaarder de fiets ....
A.
hoe sneller je gaat
B.
hoe trager je gaat
C.
je gaat er niet sneller of trager door