Icon New game New game
Get Academic Plan
Get Academic Plan
Get Academic Plan

2.4 Plusquamperfectum (oefening 1B)

Fill in the Blanks

(1)
Vul de verba in het imperfectum of plusquamperfectum in.

==> Als je een verhaal vertelt in het verleden, is je standaardtijd het imperfectum. De gebeurtenissen die nog eerder in de tijd gebeuren schrijven we in het plusquamperfectum.

==> Plusquamperfectum met 2 verba: hebben/zijn in imperfectum + 2 infinitieven.

Download the paper version to play

20 times made

Created by

Belgium
This game is a version of

Top 10 results

  1. 1
    01:13
    time
    100
    score
  2. 2
    Sevildzhan Ali
    Sevildzhan Ali
    03:19
    time
    100
    score
  3. 3
    Tati
    Tati
    06:02
    time
    100
    score
  4. 4
    Sofie
    Sofie
    08:46
    time
    100
    score
  5. 5
    Amal
    Amal
    08:06
    time
    93
    score
  6. 6
    Mariia
    Mariia
    05:07
    time
    89
    score
  7. 7
    Thayssa
    Thayssa
    04:40
    time
    86
    score
  8. 8
    Mohamad Seraj Kodaimati
    Mohamad Seraj Kodaimati
    06:23
    time
    37
    score
  9. 9
    Laila Boulagouaz
    Laila Boulagouaz
    28:30
    time
    21
    score
  10. 10
    Alexandra
    Alexandra
    00:29
    time
    0
    score
Do you want to stay in the Top 10 of this game? to identify yourself.
Make your own free game from our game creator
Compete against your friends to see who gets the best score in this game

Top Games

  1. time
    score
  1. time
    score
time
score
time
score
 
game-icon

Fill in the Blanks

2.4 Plusquamperfectum (oefening 1B)Online version

Vul de verba in het imperfectum of plusquamperfectum in. ==> Als je een verhaal vertelt in het verleden, is je standaardtijd het imperfectum. De gebeurtenissen die nog eerder in de tijd gebeuren schrijven we in het plusquamperfectum. ==> Plusquamperfectum met 2 verba: hebben/zijn in imperfectum + 2 infinitieven.

by Sofie l
1

In de les Laila aandachtig naar de uitleg van de docent ( luisteren ) . Ze zich goed ( voorbereiden ) , waardoor ze de oefeningen beter ( begrijpen ) . Na de les ze naar huis ( gaan ) en ( beginnen ) ze met het koken van het avondeten . Ze al groenten ( snijden ) voordat ze de kinderen ophalen ( gaan ) . Thuis ze de kinderen met hun huiswerk ( helpen ) . Ze moe ( zich voelen ) , maar ook tevreden omdat ze alles voor de dag goed ( plannen ) .

educaplay suscripción