Matching Pairs Zegswijzen i.v.m. geldOnline version Verbindoefening i.v.m. zegswijzen by Govaerts Els 1 Iets op prijs stellen. 2 Geld bindt de mond toe. 3 Iets op de kop tikken. 4 Geld maakt alles goed. 5 Iemand knollen voor citroenen verkopen. 6 Bij iemand in het krijt staan. 7 Iets voor een appel en een ei kopen. 8 Zijn duit in het zakje doen. 9 Met iets te koop lopen. 10 Het geld groeit me niet op de rug. Veel mensen zwijgen in ruil voor geld. Iets goedkoop kopen. Zijn bijdrage leveren. Iets waarderen. Iemand bedriegen, iets wijsmaken. Met geld kan je veel goedmaken. Mijn vermogen is niet onbeperkt. Pronken, bluffen. Bij iemand schulden hebben. Een koopje doen.