New Activity
Play Quiz
1. 
Welke van onderstaande rekeningen behoren tot de lopende rekening?
A.
dienstenrekening
B.
goederenrekening
C.
inkomensrekening
D.
Kapitaalrekening
E.
Salderingsrekening
2. 
Welke rekening wordt ook wel de handelsbalans genoemd?
A.
dienstenrekening
B.
goederenrekening
C.
inkomensrekening
D.
kapitaalrekening
3. 
Op welke rekening van de Nederlandse betalingsbalans wordt de ontwikkelingshulp van Nederland genoteerd?
A.
dienstenrekening inkomsten
B.
dienstenrekening uitgaven
C.
inkomensrekening inkomsten
D.
inkomensrekening uitgaven
E.
kapitaalimport
F.
Kapitaalexport
4. 
Op welke rekening van de Nederlandse betalingsbalans wordt de import van diensten genoteerd?
A.
dienstenrekening inkomsten
B.
dienstenrekening uitgaven
C.
inkomensrekening inkomsten
D.
inkomensrekening uitgaven
E.
kapitaalimport
F.
kapitaalexport
5. 
Op welke rekening van de Nederlandse betalingsbalans worden de beleggingen van Nederlandse bedrijven in het buitenland genoteerd?
A.
dienstenrekening inkomsten
B.
dienstenrekening uitgaven
C.
inkomensrekening inkomsten
D.
inkomensrekening uitgaven
E.
kapitaalimport
F.
kapitaalexport
6. 
Stel Nederland heeft een negatief saldo op de betalingsbalans? wat is er dan aan de hand?
A.
Nederland betaalt meer aan het buitenland dan dat het ontvangt van het buitenland
B.
Nederland betaalt minder aan het buitenland dan dat het ontvangt van het buitenland
C.
Nederland exporteert meer naar het buitenland dan dat het importeert uit het buitenland
7. 
Hoeveel bedraagt het saldo van de lopende rekening?
8. 
Hoeveel bedraagt het saldo van de kapitaalrekening?
9. 
Hoeveel bedraagt het saldo van de betalingsbalans?
10. 
Wat gebeurt er met de buitenlandse valutareserve als het saldo op de betalingsbalans positief is?
A.
neemt toe
B.
neemt af
C.
blijft gelijk