Toonhoogte 2Online version Eenvoudige vragen over toonhoogte. by Pieter Seuren 1 Hoe heet de eerste noot in het voorbeeld? a f b a c c d e 2 Hoe heet de tweede noot in het voorbeeld? a f b a c c d e 3 Welke noot heet f? a 1 b 2 c 3 d 4 4 Welke noot heet g? a 1 b 2 c 3 d 4 5 Tussen het 2e en 3e lijntje ligt de a e b c c a d f 6 Staat er in het voorbeeld een noot die c heet? a Ja, noot 2 b Ja, noot 3 c Ja, noot 4 d Nee 7 Noot 2 ligt tussen het 3e en 4e lijntje en heet dus a f b a c c d e 8 De noten in het voorbeeld zijn a b-c-g-a b b-c-a-g c a-c-g-e d b-c-g-e 9 Welke bewering is waar? a Alle noten zijn even hoog. b Sommige noten zijn hoger dan andere noten. c Sommige noten zijn lager dan andere noten. 10 Welke bewering is waar? a noot 1 is een d en noot 5 een a b noot 3 is een e en noot 4 een g c noot 2 is een g en noot 6 een a d noot 5 is een a en noot 7 een e