Wederkerend of wederkerig?Online version Gaat het om een wederkerend of een wederkerig voornaamwoord? by Oscar Terryn 1 Ik heb me blijkbaar van datum vergist. a wederkerend b wederkerig 2 Ze gaven elkaar een dikke knuffel. a Wederkerend b Wederkerig 3 Hij en ik, we houden van mekaar. a Wederkerend b Wederkerig 4 Hij kan zich niet zo goed herinneren wat hij dit weekend gedaan heeft. a Wederkerend b Wederkerig 5 Ik ben me de laatste tijd gaan realiseren dat ik harder voor school moet werken. a Wederkerend b Wederkerig 6 Sinds het Coronavirus schudt niemand nog elkaar de hand. a Wederkerend b Wederkerig 7 Heb je je vandaag al gewassen? a Wederkerend b Wederkerig 8 Is het zo moeilijk om mekaar te respecteren? a Wederkerend b Wederkerig 9 Jullie hebben je wel heel erg aangesteld gisteren. a Wederkerend b Wederkerig 10 Ze waren echt aan elkander gewaagd in deze wedstrijd. a Wederkerend b Wederkerig Uitleg 1 Het voornaamwoord slaat terug op het onderwerp. 2 Het voornaamwoord duidt een wederzijdse reactie aan. 3 Het voornaamwoord duidt een wederzijdse reactie aan. 4 Het voornaamwoord slaat terug op het onderwerp. 5 Het voornaamwoord slaat terug op het onderwerp. 6 Het voornaamwoord duidt een wederzijdse reactie aan. 7 Het voornaamwoord slaat terug op het onderwerp. 8 Het voornaamwoord duidt een wederzijdse reactie aan. 9 Het voornaamwoord slaat terug op het onderwerp. 10 Het voornaamwoord duidt een soort wederzijdse reactie aan.