New Activity
Play Quiz
1. 
Hoe noemen we de informatie uit een onderzoek naar samenhang tussen 2 veranderlijken als we slechts 1 veranderlijke bekijken?
A.
bivariate informatie
B.
marginale informatie
C.
conditionele informatie
2. 
De cel uit een kruistabel in de derde rij en de vijfde kolom wordt weergegeven als ...
A.
cel (3,5)
B.
cel (5,3)
C.
cel 13
D.
cel 8
3. 
P(W U M) wil zeggen
A.
W en M
B.
W en/of M
C.
W of M
4. 
Bij P(W|M) berekenen we ...
A.
de kans op M maar niet op W
B.
de kans op M als we alleen naar de verzameling W kijken
C.
de kans op W maar niet op M
D.
de kans op W als we alleen naar de verzameling M kiezen
5. 
Twee variabelen zijn perfect onafhankelijk als ...
A.
het relatief risico is 100
B.
het relatief risico is 0
C.
het relatief risico is 1
6. 
Bij een correlatiecoëfficiënt van -0,9 spreken we van ...
A.
geen samenhang
B.
sterke negatieve lineaire samenhang
C.
zwakke negatieve lineaire samenhang
D.
sterke positieve lineaire samenhang
7. 
Hoe heet de kansverdeling die hoort bij een experiment met slechts 2 mogelijke uitkomsten?
A.
Bernouilli-verdeling
B.
uniforme verdeling
C.
binomiale verdeling
D.
poissonverdeling
8. 
Hoe heet de kansverdeling die hoort n onafhankelijke herhalingen van een Bernouilli-verdeling?
A.
uniforme verdeling
B.
binomiale verdeling
C.
normale verdeling
D.
poissonverdeling
9. 
Welke kansverdeling geeft aan hoeveel keer iets gemiddeld voorkomt op een bepaald tijdsinterval?
A.
Uniforme verdeling
B.
normale verdeling
C.
binomiale verdeling
D.
poissonverdeling